Drogredenen
Weet je het nog? Je hebt ze ongetwijfeld moeten leren op de middelbare school: drogredenen. Wanneer je een drogreden geeft, maak je gebruik van onredelijke argumentatie. Ik herinner me die periode op de middelbare school zelf als een nachtmerrie: je kreeg een hele lijst met van die redenen en die moest je dan in je hoofd gaan stampen. Géén idee wat ik precies aan het leren was, maar ik deed het maar gewoon om een voldoende te halen.
Door de mand
Maar die drogredenen vind ik inmiddels best wel heel interessant. Voor het college Debattechniek moeten de studenten ze weer een keer doornemen en dat kan toch eigenlijk enorm handig zijn. Want door drogredenen een beetje te begrijpen, kun je er heel goed voor zorgen dat het andere team door de mand valt. Want klopt het eigenlijk wel wat jij zegt? Is het één wel kenmerkend voor het ander? Gaat het hier wel écht om een representatief voorbeeld? Is het wel zo waarschijnlijk dat dit gevolg optreedt, en is het daadwerkelijk waar dat de massa dit vindt?
Een paar voorbeelden:
“Vrijheid van meningsuiting is belangrijk, want iedereen moet kunnen zeggen wat hij vindt.” – klinkt misschien erg overtuigend, maar in feite wordt hier twee keer precies hetzelfde gezegd. Er wordt geen argument genoemd. Hier is sprake van een cirkelredenering.
“Mijn opa drinkt al zijn hele leven elke avond een paar glazen whiskey en hij is al 95 jaar oud. Alcohol drinken is dus goed voor je.” – erg fijn dat die opa zo’n mooie leeftijd mag bereiken, maar het feit dat één opa zo oud mag worden, betekent niet dat dit voor iedereen geldt. En misschien zou hij nog wel veel ouder worden als hij het niet had gedaan. We zien hier een overhaaste generalisatie.
“Sinds het aantreden van de nieuwe regering is de economie met 3% gegroeid.” – heel erg fijn voor die regering, maar hier is niet gezegd dat het ene per se uit het andere voortvloeit. Die groei kan ook heel ergens anders door komen. Hier is sprake van een prachtige drogreden: post hoc ergo propter hoc (letterlijk: erna dus erdoor).
Strategisch inzetten
Maar waar het aan de ene kant heel waardevol kan zijn om drogredenen van de tegenpartij te herkennen, kan het aan de andere kant ook juist heel waardevol zijn om ze strategisch in te zetten. Laten we zeggen: je kúnt door de mand vallen, maar de kans is ook aanwezig dat je je publiek ermee weet te overtuigen… Kijk maar eens naar deze voorbeelden:
“Maar als jullie de salarissen niet willen verhogen, willen jullie dan dat deze mensen nóg minder gaan verdienen?” – Hierbij negeer je het feit dat er nog een derde optie is: de salarissen gelijk houden. Hier is sprake van een vals dilemma. Als je deze slim weet in te zetten, kun je hiermee het debat op scherp zetten en je tegenstander in een hoek drukken.
“Het is evident dat het aantal ongelukken minder wordt wanneer wij een volledig verbod op vuurwerk instellen.” – door te zeggen dat het evident is, wek je de indruk dat je dit erg zeker weet. Maar je vertelt helemaal niet waar je deze informatie vandaan hebt. Hiermee ontduik je de bewijslast. Als je de juiste overtuigende woorden weet te gebruiken, kun je hier nog wel eens mee wegkomen.
“U bent natuurlijk allemaal slim genoeg om mijn standpunt te begrijpen.” – hiermee beweer je iets waar het publiek niet snel tegenin durft te gaan. Daarmee zeggen ze indirect dat ze niet slim zijn. Tóch ontbreekt hier een argument en zouden ze beter wel door kunnen vragen. Met het bespelen van het publiek kom je af en toe ook een heel eind.
Goed nadenken
Voor drogredenen over het algemeen geldt: goed blijven nadenken. Luister goed naar wat de tegenpartij te zeggen heeft en of het klopt wat ze zeggen. Maar let ook goed op wat je zelf zegt. En zet drogredenen alleen bewust in wanneer je ze écht goed onder controle hebt. Want als je door de mand valt, sta je gelijk een paar punten achter.